In dit artikel zullen we de fascinerende wereld van Otto von Below verkennen, een onderwerp dat de aandacht heeft getrokken van zowel experts als hobbyisten. Vanaf het begin tot aan de relevantie ervan vandaag de dag is Otto von Below een onderwerp dat een belangrijke stempel heeft gedrukt op de samenleving. Op de volgende pagina's zullen we dieper ingaan op de ingewikkelde details rond Otto von Below, waarbij we de impact ervan op verschillende aspecten van het dagelijks leven analyseren. Door deze nieuwsgierige verkenning hopen we het belang en de betekenis achter Otto von Below te ontdekken en onze lezers een completer en verrijkend inzicht te bieden in dit opwindende onderwerp.
Otto von Below | ||
---|---|---|
![]() | ||
Geboren | 18 januari 1857 Danzig | |
Overleden | 15 maart 1944 Besenhausen, Landkreis Göttingen | |
Rustplaats | Invalidenfriedhof, Berlijn | |
Religie | Evangelisch[1] | |
Land/zijde | ![]() | |
Onderdeel | ![]() | |
Dienstjaren | 1875 - 1919 | |
Rang | General der Infanterie | |
Eenheid | Füsilier-Regiment „von Gersdorff“ (Kurhessisches) Nr. 80 Großherzoglich Mecklenburgisches Grenadier-Regiment Nr. 89 | |
Bevel | 8ste Leger (Duitse Keizerrijk) Heeresgruppe Below XVII Legerkorps (Duitse Keizerrijk) 17de Leger 1ste Leger | |
Slagen/oorlogen | Eerste Wereldoorlog | |
Onderscheidingen | Zie onderscheidingen |
Otto von Below (Danzig, 18 januari 1857 - Besenhausen, 15 maart 1944) was een Pruisisch militair.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog, was hij commandant tijdens de Slag bij Gumbinnen, de Slag bij Tannenberg en de Tweede Slag bij de Mazurische Meren. Hij vocht in de Macedonische campagne en aan het Italiaans front, waar hij de Italianen versloeg in de Slag bij Caporetto. In 1918 was hij bevelhebber van het Duitse 17de leger aan het westfront, later van het 1ste leger. Aan het Westfront wist v. Below zijn Italiaanse succes niet te herhalen. Generaal Otto von Below leidde in november 1918 de terugtocht van het Duitse leger en werd in 1919 gepensioneerd.
Hij was een neef van Fritz von Below, een andere Duitse commandant tijdens de oorlog.
Generaal der Infanterie Otto von Below droeg al voor de Ie Wereldoorlog de IIe Klasse van de Orde van de Rode Adelaar met eikenloof en ster. Dat hij als drager van de IIe Klasse van deze orde de ster van de Ie Klasse mocht dragen was een bijzonder gunstbewijs. In de Eerste Wereldoorlog volgden nog het IJzeren Kruis Ie en IIe Klasse, beiden in 1914, de Orde Pour le Mérite op 16 februari 1915, het eikenloof bij de Orde Pour le Mérite op 27 april 1917 en op 1 november 1917 de Hoge Orde van de Zwarte Adelaar wat hem ook recht gaf op de Ie Klasse van de Orde van de Rode Adelaar.