Tegenwoordig is Klimbuideldieren een onderwerp dat op verschillende gebieden aan relevantie heeft gewonnen. De impact ervan is zodanig geweest dat steeds meer mensen geïnteresseerd zijn om meer te leren over Klimbuideldieren en de implicaties ervan. Vanaf het begin tot de dag van vandaag is Klimbuideldieren het onderwerp geweest van analyse en debat, waaruit de invloed ervan op de samenleving, cultuur en economie blijkt. In dit artikel zullen we het fenomeen Klimbuideldieren en zijn vele facetten verder onderzoeken, met als doel de reikwijdte ervan en de mogelijke gevolgen in de toekomst beter te begrijpen.
Klimbuideldieren | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() | |||||||||||
Bennettwallaby (Notamacropus rufogriseus) | |||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||
| |||||||||||
Orde | |||||||||||
Diprotodontia Owen, 1866 | |||||||||||
![]() | |||||||||||
Koala (Phascolarctos cinereus) | |||||||||||
Afbeeldingen op ![]() | |||||||||||
Klimbuideldieren op ![]() | |||||||||||
|
Klimbuideldieren (Diprotodontia) zijn de grootste orde van de buideldieren, die 11 families met 159 soorten omvat. De orde omvat bekende buideldieren zoals kangoeroes, koala's en wombats.
De klimbuideldieren komen voornamelijk voor in Australië, maar komen ook voor op eilanden in Wallacea en rond Nieuw-Guinea; van Sulawesi in het noordwesten en Nieuw-Brittannië in het oosten. Bovendien is de witte koeskoes geïntroduceerd op de Salomonseilanden en op Timor, de voskoesoe op Nieuw-Zeeland en de Bennettwallaby in Engeland.
De orde bestaat voornamelijk uit herbivoren, ze nemen in Australië en Nieuw-Guinea ongeveer de positie in van de hoefdieren (kangoeroes), grote bodembewonende knaagdieren (kangoeroeratten), boombewonende knaagdieren en primaten (andere soorten). Een opvallend kenmerk van de klimbuideldieren is dat ze twee vergroeide tenen hebben, zodat er als het ware twee klauwen uit één teen steken (syndactylie). Dit kenmerk delen ze met de buideldassen, zodat er gesuggereerd is dat die hun nauwste verwanten zijn. Verder zijn ze de enige buideldieren met slechts twee voortanden (daar komt de naam ook vandaan: di is twee; proto is voor; odontia is tanden).
De klimbuideldieren splitsten zich vermoedelijk in het Laat-Paleoceen of Vroeg-Eoceen af van de andere Australische buideldieren. De gemeenschappelijke voorouder van de groep was vermoedelijk een koeskoesachtig boombewonend dier.
De orde omvat de volgende 11 families met 159 soorten.[1]
Diprotodontia |
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||