Guus Kessler

In de wereld van vandaag is Guus Kessler een onderwerp dat van groot belang is voor een breed publiek. Of het nu vanwege de impact ervan op de samenleving, de invloed op de populaire cultuur of het belang ervan in het professionele veld is, Guus Kessler is een punt van convergentie geworden voor verschillende perspectieven en discussies. In dit artikel zullen we ons verdiepen in de opwindende wereld van Guus Kessler, de vele facetten ervan verkennen, de relevantie ervan in verschillende contexten analyseren en een panoramisch beeld bieden waarmee de lezer het belang en de reikwijdte van dit onderwerp kan begrijpen. Door middel van gedetailleerde en rigoureuze analyses zullen we de complexiteit van Guus Kessler ontrafelen en nieuwe perspectieven bieden om het debat rond dit fascinerende onderwerp te verrijken.

Jean Baptiste August (Guus) Kessler (Den Haag, 16 juni 1888 – aldaar, 5 november 1972) was een bestuurder bij Koninklijke Olie en tennisser.

Levensloop

Kessler was een zoon van Jean Baptiste August Kessler en Margo de Lange. Kessler was een van de grondleggers van Koninklijke Maatschappij tot exploitatie van Petroleumbronnen in Nederlandsch-Indië (K.N.M.E.P., die later Koninklijke Olie werd) die verantwoordelijk was voor de groei van het bedrijf na de vondst van olie op Sumatra. Broers van hem waren de voetballers Boelie Kessler en Dolph Kessler (medeoprichter van Koninklijke Hoogovens en vanaf 1924 tot 1945 president-directeur). Zijn oudste zuster, An Kessler, trouwde de natuurkundige en pedagoog prof. Philip Kohnstamm.

Na de HBS studeerde hij elektrotechniek aan de Technische Hogeschool Delft waar hij lid was van het Delftsch Studenten Corps. Hij speelde tennis bij Leimonias en nam in 1906 deel aan de Olympische Spelen (later tussenliggende spelen genoemd) en verloor zijn eerste partij in de halve finale van de latere olympisch kampioen Max Décugis.

In 1911 trad hij in dienst van de Bataafse Petroleum Maatschappij en werkte daarna onder andere in Roemenië bij Astra en in de Sovjet-Unie. In 1923 werd hij directeur bij Koninklijke Olie en van 1947 tot 1949 president-directeur; in die laatste functie werd hij opgevolgd door mr. Barthold Theodoor Willem van Hasselt (1896-1960). Van 1949 tot 1961 was Kessler president-commissaris.

Bronnen