Charles Gounod

Uiterlijk naar zijbalk verplaatsen verbergen
Charles Gounod
Charles Gounod
Volledige naam Charles François Gounod
Geboren 17 juni 1818
Overleden 18 oktober 1893
Land Vlag van Frankrijk Frankrijk
Jaren actief 1839-1893
Stijl Romantiek
Beroep(en) Componist, muziekpedagoog, organist
Instrument(en) orgel
Handtekening Handtekening
(en) IMDb-profiel
(en) Allmusic-profiel
(en) Last.fm-profiel
(en) Discogs-profiel
(en) MusicBrainz-profiel
Portaal  Portaalicoon   Klassieke muziek

Charles François Gounod (Parijs, 17 juni 1818 - Saint-Cloud, 18 oktober 1893) was een Franse componist. De biografie van Charles Gounod wordt gekenmerkt door alle karakteristieke kunstenaarsallures. Zijn gemoedstoestanden wisselen tussen ambitie en moedeloosheid, rusteloze werkzaamheid en crisis, beminnelijkheid en twistziek gedrag, huwelijkstrouw en geneigdheid tot buitenechtelijke affaires. In zijn jeugd droomde hij ervan priester te worden en in kloosterlijke afzondering te leven. Hij noemde zichzelf een bepaalde tijd abbé en droeg een soutane.

Levensloop

Jeugd en opleiding

Gounod werd in Parijs geboren op nr. 11 van de place St-André des Arts, als tweede zoon van een kunstenaars-echtpaar: zijn vader François-Louis Gounod (1758-1823) was een kunstschilder en zijn moeder Victoire Lemachois (1780-1858) een bekwaam pianiste. Gounod kreeg zijn basisopleiding aan het lyceum Saint-Louis, waar hij in 1835 zijn diploma behaalde. Van zijn moeder kreeg hij zijn eerste pianolessen. Hij studeerde eerst privé bij Antonín Rejcha en vanaf 1836 aan het Conservatoire national supérieur de musique van Parijs bij onder andere Jacques Fromental Halévy (fuga en contrapunt), Jean-François Lesueur (compositie), Ferdinando Paër, Luigi Cherubini en Pierre Zimmermann. In 1839 won hij met zijn cantate Fernand de Prix de Rome en daarmee een drie jaar durende reis naar Rome, waar hij woonde in de Villa Medici. Hij bestudeerde er de muziek van de oude meesters, vooral Italiaanse kerkmuziek van Giovanni da Palestrina.

Leven en werken

Na zijn terugkomst werd Gounod Maître de Chapelle en organist in de kerk van de Missions étrangères in Parijs. Hij wilde priester worden en studeerde van 1846 tot 1848 aan St. Sulpice en woonde vanaf 1847 in een klooster van de Karmelieten. In 1852 huwde hij met Anne Zimmermann, de dochter van zijn pianoleraar aan het conservatorium. Van 1852 tot 1860 was hij directeur van het L'Orphéon de la Ville de Paris, het grootste mannenkoor van Parijs. Van 1870 tot 1875 woonde hij in Londen, waar hij het koor Gounod's Choir oprichtte dat later de Royal Choral Society werd.

Gedurende zijn gehele carrière bewoog Gounod zich tussen kerkmuziek en wereldlijke werken. Daarvan getuigt een omvangrijk oeuvre: liederen (die hij romances of eenvoudigweg «mélodies» noemde), koralen, motetten, missen, oratoria, schouwspelmuziek en rond 20 toneelwerken (menig ervan uitsluitend als fragment bewaard). Iets minder omvangrijk is de lijst van zijn instrumentale werken, waartoe behoren het vroege orkestwerk Scherzo (1837), twee symfonieën (beide 1851), twee marsen, verschillende pianostukken en als laatste de belangrijke Petite symfonie voor harmonieorkest.

De voortrekker van een Franse nationale stijl

De kerkmuziek van Gounod is vaak ten onrechte als imitatie van Palestrina's en Händels werken gezien. Inderdaad hadden de missen van Palestrina hem als bezoeker van de hoogmissen in de Sixtijnse Kapel enthousiast gemaakt en ze hebben hem zeker bepaalde ideeën ingegeven. Maar ook de latere wereldlijke werken werden door de muziekcritici - evenzeer ten onrechte - als epigonistische bijdragen in de stijl van Christoph Willibald Gluck, Gaspare Spontini en Robert Schumann beschouwd. Maar de kracht van Gounod was de bevrijding van de Franse muziek van de Italiaanse en Duitse invloeden en dat herkenden en waardeerden vooral patriottische kunstenaars zoals Camille Saint-Saëns, Paul Dukas, Claude Debussy en Maurice Ravel. Belangrijk is Gounods talent voor het lyrisch-sentimentele stemmingsschilderij, gedragen door een overvloed aan mooie, zingbare melodieën. Verbindend element is een elegante, meestal folkloreachtige stijl.

Het meest bekend is Gounod door zijn Ave Maria, een werkje dat oorspronkelijk Méditation sur 1er Prélude de Bach heette en dateert van 1852. Het is geschreven voor viool en piano (en/of orgel). De 'Prélude' waar het hier om gaat is Praeludium I in C groot uit Das Wohltemperierte Klavier Teil I van Johann Sebastian Bach. Gounod schreef tegen deze prelude een melodie. In 1859 voegde Gounod aan die melodie de woorden van het gebed Ave Maria toe. Het is liturgische muziek ingebed in een romantisch fluïdum, dat samensmelt met een sobere religiositeit.

Het Parc Moreau met een monument voor Gounod door Antonin Mercié

Onderscheidingen en laatste jaren

De grote inkomsten uit zijn gehele oeuvre maakten het Gounod mogelijk een normaal leven in zijn villa in Montretout te voeren, ook in zijn laatste jaren. Hij werd benoemd tot lid van de Parijse Academie en tot Commandeur in het Legioen van Eer en een foto van zijn staatsbegrafenis in oktober 1893 getuigt van de buitengewone verering voor de veelvoudig getalenteerde Maître.

Composities

Werken voor orkest

Werken voor harmonieorkest

Missen, oratoria, cantates en gewijde muziek

Missen Oratoria, cantates en motetten Andere kerkmuziek

Muziektheater

Opera's
Voltooid in titel aktes première libretto
1851;
1858;
1884
Sappho 1e versie: 3 aktes;
2e versie: 2 aktes;
3e versie: 4 aktes
1e versie: 16 april 1851, Parijs, Opéra Garnier;
2e versie: 26 juli 1858, Parijs, Opéra Garnier;
3e versie: 2 april 1884, Parijs, Opéra Garnier
Guillaume Victor Émile Augier
1852-1854 La Nonne sanglante
(De bloedige non)
5 aktes 18 oktober 1854, Parijs, Opéra Garnier Eugène Scribe, Germain Delavigne, naar
Matthew Gregory Lewis, "The Monk" 1796
1853 Le Songe d'Auguste onvoltooid
1856 Ivan le terrible onvoltooid Henri Trianon en François Hippolyte Leroy
1856-1859;
1860-1861
Faust (Marguérite) 5 aktes 1e versie (met gesproken dialogen): 19 maart 1859, Parijs, Théâtre Lyrique;
2e versie (met ballet): 3 maart 1869, Parijs, Opéra Garnier (Salle de la rue Le Peletier)
Jules Paul Barbier en Michel Florentin Carré,
naar Carrés "drame fantastique" «Faust et Marguerite» (1850)
en Goethes, "Faust"
1857-1858 Le Médecin malgré lui 3 aktes 15 januari 1858, Parijs, Théâtre-Lyrique Jules Paul Barbier en Michel Florentin Carré,
naar de gelijknamige komedie van Molière
1859-1860 Philémon et Baucis 1e versie: 3 aktes;
2e versie: 2 aktes
1e versie: 18 februari 1860, Parijs, Théâtre-Lyrique;
2e versie: 16 mei 1876, Parijs, Opéra Comique
Jules Paul Barbier en Michel Florentin Carré, naar Jean de La Fontaine
1860 La Colombe 2 aktes 3 augustus 1860, Baden-Baden, Stadttheater Jules Paul Barbier en Michel Florentin Carré, naar Jean de La Fontaine, «Le Faucon»
1861; 1862 La Reine de Saba
(De Koningin van Saba)
1e versie: 4 aktes;
2e versie: 5 aktes
1e versie: 28 februari 1862, Parijs, Opéra Ganier;
2e versie: 5 december 1862, Brussel, Koninklijke Muntschouwburg
Jules Paul Barbier en Michel Florentin Carré,
naar «Les Nuits du Ramazan» uit «Voyage en Orient» van Gérard de Nerval
1863-1864 Mireille 1e versie: 5 aktes;
2e versie: 4 aktes;
3e versie: 3 aktes
1e versie: 19 maart 1864, Parijs, Théâtre-Lyrique;
2e versie: 5 juli 1864, Londen, Royal Opera House Covent Garden;
3e versie: 15 december 1864, Parijs, Théâtre-Lyrique
Michel Florentin Carré, naar Mistral, «Mirèio. Pouèmo prouvençau»
1865-1867;
2e versie: 1872;
3e versie: 1888
Roméo et Juliette 5 aktes 1e versie: 27 april 1867, Parijs, Théâtre-Lyrique (ter gelegenheid van de Wereldtentoonstelling van 1867);
2e versie: 20 januari 1873, Parijs, Opéra Comique;
3e versie: 28 november 1888, Parijs, Opéra Garnier
Jules Paul Barbier en Michel Florentin Carré, naar Shakespeare
1869-1878 Polyeucte 5 aktes 7 oktober 1878, Parijs, Opéra Garnier Jules Paul Barbier en Michel Florentin Carré, naar Corneille, «Polyeucte»
1873 George Dandin onvoltooid Molière
1876-1877 Cinq-Mars 1e versie: 4 aktes;
2e versie: 5 aktes
1e versie: 5 april 1877, Parijs, Opéra-Comique (Salle Favart);
2e versie: 1 december 1877, Lyon, Grand Théâtre
Paul Poirson en Louis Gallet, naar Alfred de Vigny, «Cinq-Mars»
1877 Maître Pierre onvoltooid Gallet, naar het verhaal van Petrus Abaelardus en Heloïse
1878-1881 Le Tribut de Zamora 4 aktes 1 april 1881, Parijs, Opéra Garnier Adolphe Philippe d'Ennery, eigenlijk Adolphe Philippe
en Jules Brésil
Toneelmuziek

Werken voor koren

Vocale muziek

Kamermuziek

Werken voor orgel

Werken voor piano

Geluidsfragment

Publicaties

Bibliografie

Externe links

Bibliografische informatie · · Sjabloon bewerken Eregalerij van componisten in de Grote Zaal van het Koninklijk Concertgebouw

Haendel · Lulli · Scarlatti · Mozart · Cherubini · Weber · Berlioz · Chopin · Liszt · Wagner · Gounod · Reincken · Schuijt · Obrecht · Sweelinck · Orl. Lassus · Clemens n.P. · Wanning · Brahms · Rubinstein · Niels Gade · Verhulst · Schumann · Mendelssohn · Schubert · Spohr · v. Beethoven · Haydn · Bach · Strawinsky · Pijper · Ravel · Reger · Wagenaar · Tschaikovsky · Zweers · Bruckner · Mahler · Franck · Diepenbrock · Debussy · Dopper · Rich. Strauss · Röntgen · Bartók · Dvořák