In dit artikel zullen we Blijdestein in detail analyseren, waarbij we de verschillende aspecten en perspectieven ervan onderzoeken. _Var1 is tegenwoordig een veelbesproken en zeer relevant onderwerp, en in dit artikel gaan we dieper in op de verschillende dimensies ervan om het belang en de impact ervan op verschillende gebieden volledig te begrijpen. Langs deze lijnen zullen we Blijdestein vanuit verschillende perspectieven onderzoeken, waarbij we informatie en analyses aanbieden waarmee de lezer een volledig overzicht van dit onderwerp kan krijgen. Van de geschiedenis en evolutie tot de praktische implicaties ervan, we zullen duiken in een uitgebreide analyse die alle relevante aspecten van Blijdestein zal bestrijken.
Blijdestein | ||
---|---|---|
![]() | ||
Plattegrond van kasteel Blijdestein
| ||
Locatie | Heenvliet | |
Algemeen | ||
Kasteeltype | mottekasteel | |
Eigenaar | geslacht Van Heenvliet | |
Gebouwd in | midden 13e eeuw | |
Gebouwd door | Hugo van Heenvliet | |
Gesloopt in | 1418 | |
Herbouwd in | midden 14e eeuw | |
Monumentale status | rijksmonument | |
Monumentnummer | 529848 |
Het mottekasteel Blijdestein[1] stond in het Nederlandse stadje Heenvliet, provincie Zuid-Holland. De ronde vorm van het kasteel is bewaard gebleven in de bocht van de huidige Donjonstraat, die de voormalige slotgracht volgt; de contouren van de muren zijn zichtbaar gemaakt in het park.
Heer Hugo werd in 1254 door zijn vader Dirk van Voorne met de heerlijkheid Heenvliet beleend en werd hiermee de eerste heer van Heenvliet. Blijdestein is rond die tijd (en mogelijk zelfs al in 1225) door Hugo gebouwd als een eenvoudig mottekasteel.
Blijdestein was niet het enige kasteel in Heenvliet. Zo groeide het rond 1250 gebouwde Ravesteyn uit tot de zetel van de heren van Heenvliet. Net als de kastelen Blickstein en Leeuwenstein was Blijdestein leenroerig aan Ravesteyn.
Midden 14e eeuw werd Blijdestein geheel vernieuwd. De bewoner was waarschijnlijk Jan II, de halfbroer van Hugo III van Heenvliet (1345-1409). Jan werd opgevolgd door zijn zoon Zweder (1362-na 1418), die het kasteel in januari 1418 verkocht aan zijn neef Jan van Heenvliet van der Capelle (1365-na 1436).[2] In datzelfde jaar nog werd Blijdestein verwoest, samen met het nabijgelegen Blickstein, als onderdeel van de Hoekse en Kabeljauwse twisten. De restanten van de muren zijn omvergetrokken en in de gracht beland.
In 1967 en 1981 werden opgravingen verricht, waarbij delen van de poorttoren, de slotgracht en de uitbraaksleuf van de weermuur zijn gevonden. Ook is aardewerk aangetroffen van midden 13e eeuw tot het eerste kwart van 15e eeuw.
Het kasteelterrein werd in 2008 aangewezen als rijksmonument, waardoor de geplande woningbouw geen doorgang kon vinden. In 2013 werd het voormalige kasteelterrein opnieuw ingericht als een park, waarbij de contouren van het kasteel met klinkers en houten palen zijn aangegeven.[3]
Het oudste kasteel is gebouwd in de 13e eeuw en stond op een omgracht terrein van 20 bij 30 meter. Het was waarschijnlijk een mottekasteel, bestaande uit een toren op een zes meter hoge kunstmatige heuvel.
Midden 14e eeuw werd het kasteel compleet vernieuwd, waarbij de motteheuvel werd vergroot. Hiertoe moest de oude slotgracht - op het noordelijke deel na - geheel worden gedempt. Er werd rondom de gedempte gracht een nieuwe gracht gegraven van 15 tot 20 meter breed die een terrein omsloot van 47 meter in doorsnede. Op de vergrootte motteheuvel verrees het nieuwe kasteel, bestaande uit een veelhoekige ringmuur met aan de noordzijde een poorttoren die via een houten brug bereikbaar was. De toren was 7,5 bij 9 meter groot en had muren van 1,2 meter dik. Op de toren of de muur waren arkeltorentjes aangebracht.