In dit artikel gaan we alles met betrekking tot Zwanenhalsfuut grondig analyseren en verkennen. Vanaf de oorsprong tot de huidige impact zullen we de evolutie ervan in de loop van de tijd bestuderen en hoe deze verschillende aspecten van de samenleving heeft beïnvloed. Daarnaast zullen we de verschillende perspectieven en meningen onderzoeken die er over dit onderwerp bestaan, om zo een globale en volledige visie te verkrijgen. Zwanenhalsfuut is een onderwerp van grote relevantie en actualiteit, dus het is essentieel om het diepgaand te begrijpen om je bewust te zijn van de impact ervan op de wereld van vandaag.
Zwanenhalsfuut IUCN-status: Niet bedreigd[1] (2019) | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() | |||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||
| |||||||||||||
Soort | |||||||||||||
Aechmophorus occidentalis (Lawrence, 1858) | |||||||||||||
![]() | |||||||||||||
Afbeeldingen op ![]() | |||||||||||||
Zwanenhalsfuut op ![]() | |||||||||||||
(en) World Register of Marine Species | |||||||||||||
|
De zwanenhalsfuut (Aechmophorus occidentalis) is een watervogel uit de familie van de Podicipedidae.
Deze fuut heeft een lange, dunne hals en een rudimentaire staart. Het verenkleed is zwart en wit. Op zijn kop prijkt een zwarte pruik. Dit is bij beide geslachten gelijk. De lichaamslengte bedraagt 55 tot 75 cm en het gewicht 1 tot 2 kg.
Zwanenhalsfuten voeren een spectaculaire balts op. Beide partners rijzen zij aan zij uit het water op en racen met veel geplons over het water. Daarna duiken beide partners een dotje waterplanten op en gaan daarmee al kopschuddend om elkaar heen zwemmen. Bij gevestigde stelletjes brengt het mannetje visjes voor zijn partner mee. In de broedtijd en daarna, als er jongen te verzorgen zijn, blijven de ouders steeds dicht bij elkaar. Ze bouwen samen een drijvend nest dat aan waterplanten wordt verankerd. De ouders nemen hun jongen vaak op de rug tot ze 2 tot 4 weken oud zijn en voederen ze tot hun 8ste week.
Deze soort komt voor in Noord-Amerika in moerassen en stilstaande wateren en langs de kusten. Het is een trekvogel en telt twee ondersoorten:[2]
In de late 19e eeuw werden zeer veel zwanenhalsfuten gedood omwille van hun zijdeachtige buikveren, die dienden als versiering aan hoeden en jassen. Vele populaties konden zich ternauwernood daarvan herstellen, maar de soort wordt nog steeds bedreigd, nu door watervervuiling, olielozingen, biotoopverlies en verstoring.
De grootte van de populatie is in 2018 geschat op 80-90 duizend volwassen vogels. Op de Rode lijst van de IUCN heeft deze soort de status niet bedreigd.[1]