In dit artikel zullen we het onderwerp Juliette Samuel-Blum onderzoeken, dat een groeiende belangstelling heeft gewekt in verschillende delen van de samenleving. Juliette Samuel-Blum is een onderwerp dat aanleiding heeft gegeven tot debat en reflectie, en dat fundamentele kwesties behandelt die rechtstreeks van invloed zijn op het leven van mensen. In dit artikel zullen we verschillende perspectieven en benaderingen met betrekking tot Juliette Samuel-Blum verkennen, om zo een brede en complete visie op dit onderwerp te bieden. Door de analyse van studies, getuigenissen en relevante gegevens willen we licht werpen op dit onderwerp en bijdragen aan de verrijking van de kennis over Juliette Samuel-Blum.
Juliette Samuel-Blum | ||||
---|---|---|---|---|
![]() | ||||
Buste van Blum door haar echtgenoot Charles Samuel
| ||||
Persoonsgegevens | ||||
Geboren | Victoria, 1877 | |||
Overleden | Elsene, 1931 | |||
Geboorteland | Canada | |||
Beroep(en) | acteur, beeldhouwer, kunstschilder | |||
RKD-profiel | ||||
|
Juliette Samuel-Blum (Victoria, 1877 – Elsene, 1931) was een Canadees-Belgisch acteur, beeldhouwer en kunstschilder.[1]
Blum trok vanuit haar geboorteland Canada naar Europa, waar ze woonde in Parijs en Brussel. Ze werkte er aanvankelijk als acteur, later als beeldend kunstenaar. In 1911 trouwde ze met beeldhouwer Charles Samuel (1862-1938), weduwnaar van de Franse pianiste Clotilde Kleeberg, met wie ze in Elsene ging wonen. Samuel-Blum werkte vooral in marmer en maakte bustes en figuren.[1] Ze signeerde haar beeldhouwwerken met Juliette Ch. Samuel.
Ze behoorde met onder anderen Elise Van den Bossche, Hélène Cornette, Henriëtte Calais, Adelaïde Lefebvre, Jenny Lorrain, Berthe Van Tilt, Yvonne Serruys en Julia Vanzype tot de eerste generatie Belgische beeldhouwsters die vanaf eind 19e eeuw deelnamen aan de Belgische Salons.[2] Ze exposeerde onder andere tijdens de Salon d'Automne (1909, 1910, 1911), II Esposizione Internazionale femminile di Belle Arti, de internationale tentoonstelling voor vrouwen in Turijn (1913), naast Berthe Centner, Hélène Cornette en Alice Hölterhoff-de Harven bij de De Hedendaagsche Vrouw (1914) in Antwerpen en bij de Cercle Artistique et Littéraire in Brussel (1931).