In dit artikel duiken we in de fascinerende wereld van Jan Steven Werbrouck, onderzoeken we de verschillende facetten ervan en onderzoeken we de impact ervan op de hedendaagse samenleving. Vanaf zijn oorsprong tot zijn relevantie vandaag de dag is Jan Steven Werbrouck door de geschiedenis heen onderwerp van belangstelling en debat geweest, waarbij allerlei meningen en perspectieven zijn voortgekomen. Door middel van een kritische en uitputtende analyse zullen we de verschillende aspecten van Jan Steven Werbrouck ontrafelen, van de invloed ervan op de populaire cultuur tot zijn rol in de wereldeconomie. Op dezelfde manier zullen we de evolutie ervan in de loop van de tijd en de toekomstige projectie ervan onderzoeken, in een poging het belang ervan in de hedendaagse wereld beter te begrijpen. Door Jan Steven Werbrouck te verkennen hopen we een completere en verrijkende visie te bieden op dit onderwerp dat zoveel impact heeft op ons leven.
Jan Steven Augustinus Werbrouck (Antwerpen, 23 april 1750 - 13 december 1813) was burgemeester van Antwerpen.
Werbrouck was een zoon van Nicolas Werbrouck, lid van de Antwerpse Handelskamer en assessor van de Berg van barmhartigheid, en van Jeanne Carpentier. Hij werd handelaar in Antwerpen. In 1779 werd hij, samen met zijn drie broers, onder het Oostenrijks bewind, in de erfelijke adel opgenomen.
Hij speelde in de lokale politiek een rol, die ertoe leidde dat hij in 1797 werd verkozen voor de Conseil des Anciens door de kiezers van het departement van de Twee-Nethen. Zijn verkiezing werd echter geannuleerd, omdat hij er van verdacht werd een royalist te zijn.
Na 18 Brumaire maakte hij betere kansen en werd hij lid van de Algemene Raad van het departement van de Twee Nethen.
Op het stedelijk vlak werd hij in 1801 maire van Antwerpen, een ambt dat hij bekleedde tot in 1811.
In 1803 werd hij Ridder in het Legioen van Eer en in 1809 werd hij opgenomen in de empireadel met de titel van ridder. Hij was bij herhaling de gastheer voor Napoleon Bonaparte wanneer deze naar Antwerpen kwam.
Jan Werbroucl lijkt geen nakomelingen te hebben gehad. Zijn broer Nicolas Werbrouck (1753-1814) had wel afstammelingen. Twee zoons van hem, Louis Werbrouck (1786-1861) en Ferdinand Werbrouck (1790-1855), kregen in 1824 adelserkenning. Ook een kleinzoon en een achterkleinzoon kregen in 1889 adelserkenning. Ze namen als wapenspreuk Fortiter et suaviter.
Voorganger: ? |
Maire van Antwerpen 1801 - 1811 |
Opvolger: Jacob Cornelissen de Weynsbroeck |