In de wereld van vandaag is Het vliegende bed een onderwerp van voortdurend debat en analyse geweest. Vanaf het begin tot aan de relevantie ervan in de moderne samenleving heeft Het vliegende bed de aandacht getrokken van academici, experts en het grote publiek. Met een rijke en gevarieerde geschiedenis heeft Het vliegende bed een fundamentele rol gespeeld in de ontwikkeling van de mensheid en verschillende aspecten van het dagelijks leven beïnvloed. Door de jaren heen is de impact ervan zo groot geweest dat het nog steeds een onderwerp van studie en reflectie op verschillende gebieden is. In dit artikel zullen we de rol van Het vliegende bed en het belang ervan in de wereld van vandaag verder onderzoeken.
Het vliegende bed | ||||
---|---|---|---|---|
Stripreeks | Suske en Wiske | |||
Volgnummer | 48 | |||
Scenario | Willy Vandersteen | |||
Tekeningen | Willy Vandersteen, Eduard de Rop | |||
Lijst van verhalen van Suske en Wiske | ||||
|
Het vliegende bed is het achtenveertigste stripverhaal uit de reeks van Suske en Wiske. Het is geschreven door Willy Vandersteen en werd gepubliceerd in De Standaard en Het Nieuwsblad van 27 november 1958 tot en met 9 april 1959. Eduard De Rop, die net was begonnen als vaste medewerker van Vandersteen, tekende ook aan het verhaal mee.
De eerste albumuitgave was in 1959, in de Vlaamse tweekleurenreeks met nummer 36. Het vliegende bed was het eerste Suske en Wiske-verhaal dat meteen in de tweekleurenreeks verscheen (zie verder #Achtergronden bij de albumuitgaven). In 1971 verscheen het verhaal in de Vierkleurenreeks met albumnummer 124. De geheel oorspronkelijke versie is in 1997 nog eens uitgebracht in Suske en Wiske Klassiek.
Wiske is jarig. Suske heeft als verrassing een mechanisch werkje in Schanulleke laten bouwen, hierdoor kan Wiskes popje lopen. Schanulleke wandelt de straat op. Als Lambik het popje terughaalt, glijdt hij uit en lijdt daardoor tijdelijk aan geheugenverlies. Hij stuit op een vliegend bed, dat hem naar het kasteel van de Van Zwollems brengt. Een gemaskerde boef vertelt over een geniale geleerde, die in 1880 iets geheimzinnigs uitvond. De drie zonen van deze geleerde kregen ruzie, waarop hij besloot de formule van zijn uitvinding niet aan hen na te laten, maar deze te verdelen in drie verschillende vliegende bedden.
De gemaskerde vertelt dat hij al één bed in zijn bezit heeft. Per toeval ontdekken de vrienden het derde bed in een geheime kamer in het kasteel, maar dit bed wordt vernield. Door toedoen van Van Zwollem kan de gemaskerde wegvliegen met het tweede bed. De vrienden gaan naar professor Barabas, die het bed probeert te repareren. Daar laat Van Zwollem een gevonden Egyptisch paspoort zien, dat van prins Tof-Fen-Tip blijkt te zijn.
Suske en Wiske belanden met het derde vliegende bed in Egypte. Wiske raakt gewond door een pijl die is afgeschoten door de bende van prins Tof-Fen-Tip. Wiske laat Schanulleke weglopen, waarna Schanulleke even later wordt gevonden door prinses Banylon. Samen met prins Tof-Fen-Tip helpt de prinses Wiske. Het echtpaar maakt zich intussen zorgen over de opstand van prins La-Meling. Suske komt in de problemen bij de zwarte piramide, maar wordt net op tijd gered door prins Tof-Fen-Tip en zijn leger. De bende van prins La-Meling wordt verslagen en de neven verzoenen zich.
Suske en Wiske vliegen met het bed en het ontbrekende stuk van de formule terug naar België. Professor Barabas gaat nu aan de slag met de formule. Dan wordt de vloeistof echter gestolen door "De Wreker" (Van Zwollem). Lambik waarschuwt het leger als blijkt dat Van Zwollem Schanulleke in de vloeistof heeft gelegd. Schanulleke groeit hierdoor uit tot een pop van gigantisch formaat, en het leger probeert haar op te blazen met springstof. Door de ontploffing begint het mechanisme in Schanulleke te werken, en ze dreigt het dorp omver te lopen. Zelfs Jerom kan Schanulleke niet tegenhouden. Na wat schade aangericht te hebben, krimpt Schanulleke weer, net op het moment dat het leger een nieuwe poging doet om haar op te blazen. De vloeistof is juist op dat moment uitgewerkt.
Als professor Barabas opnieuw proeven wil doen, blijkt Van Zwollem de papieren waarop de formule geschreven stond uit voorzorg verbrand te hebben; het middel is wat hem betreft te gevaarlijk gebleken om nog verder mee te experimenteren.
Publicaties | ||||
---|---|---|---|---|
Krant of tijdschrift | Nummer | Publicatiedatum | Voorganger | Opvolger |
De Standaard / Het Nieuwsblad | 38 | 27 november 1958 - 9 april 1959 | De zwarte zwaan | De Texasrakkers |
Albumuitgaven | ||||
---|---|---|---|---|
Stripreeks of collectie | Nummer | Eerste druk | Voorganger | Opvolger |
Vlaamse tweekleurenreeks | 36 | 1959 | De zwarte zwaan | De Texasrakkers |
Hollandse tweekleurenreeks | 24 / 36 | 1959 | De duistere diamant | De Texasrakkers |
Vierkleurenreeks | 124 | augustus 1971 | De zwarte zwaan | De Texasrakkers |
Rode plus reeks 1 | 124 plus | 1987 | De zwarte zwaan | De steensnoepers |
Suske en Wiske Collectie | 15 | 1988 | ||
Blauwe plus reeks | 124 | 1988 | De zwarte zwaan | De witte uil |
Rode plus reeks 2 | 23 | 1993 | De zwarte zwaan | De witte uil |
Rode klassiek reeks | 39 | november 1997 | De zwarte zwaan | De Texasrakkers |
Originele Verhalen | 10 | 2001 | ||
Uitgave VUM-groep | 36 | 2005 | De zwarte zwaan | De Texasrakkers |
Bij de eerste albumuitgave van Het vliegende bed in 1959 werden enkele opvallende vernieuwingen doorgevoerd in de lay-out. De prent op de voorkaft werd nu groter gemaakt. De letters van de titel waren voor het eerst geel in plaats van wit, iets dat sindsdien altijd zo is gebleven. Ook de achterkant van de albums werd vanaf Het vliegende bed vernieuwd.[2]
Het verhaal is in de volgende talen verschenen: