In de wereld van vandaag is Fort Hanstholm voor veel mensen een onderwerp geworden dat van groot belang is. Of het nu vanwege zijn historische relevantie, zijn impact op de huidige samenleving of zijn invloed op verschillende gebieden is, Fort Hanstholm is een onderwerp dat niemand onverschillig laat. Door de geschiedenis heen is Fort Hanstholm het voorwerp geweest van studie, debat en reflectie, en het belang ervan blijft vandaag de dag geldig. In dit artikel zullen we verschillende aspecten onderzoeken die verband houden met Fort Hanstholm, waarbij we de relevantie en impact ervan in de hedendaagse wereld analyseren.
Fort Hanstholm (Duits: Festung Hanstholm, Deens: Hanstholm batteri) was een door nazi-Duitsland gebouwd fort in het Deense stadje Hanstholm.
Fort Hanstholm werd in de Tweede Wereldoorlog door de Duitse bezetter opgetrokken als deel van de Atlantikwall en het was met de oplevering in 1940 een van de eerste versterkingen die in dat kader werden voltooid. Hoofddoel was het bestrijken van het het Skagerrak, samen met Fort Vara in Kristiansand in Noorwegen, om daarmee het Kattegat te kunnen afsluiten.[1]
Daartoe werd in fort Hanstholm een kustbatterij opgesteld, met onder meer vier stuks 38 cm-geschut met een bereik tot 55 kilometer, gebouwd door de firma Rheinmetall. De kanonnen waren oorspronkelijk bestemd voor het slagschip de Gneisenau, maar nadat deze was gebombardeerd werd daarvan afgezien en werden de acht kanonnen verdeeld over de twee forten aan weerszijden van het Skagerrak.
Verder telde het fort vier vuurmonden met een kaliber van 17 centimeter, ettelijke stukken luchtafweergeschut en radarinstallaties. De kanonnen werden beschermd door onder meer 3,5 meter gewapend beton en vele bunkers, stellingen en versperringen.
Het meeste geschut werd in 1951/52 voor schroot verkocht. Het fort is goeddeels gesloopt, op een paar bunkers en andere versterkingen na, waarin thans een museum is gevestigd.[2]