David Cusick

In de wereld van vandaag heeft David Cusick een ongekende relevantie verworven. Of het nu vanwege zijn impact op de samenleving, zijn invloed op de cultuur of zijn betekenis op economisch gebied is, David Cusick is erin geslaagd de aandacht en interesse van zowel experts als fans te trekken. In dit artikel zullen we alle facetten die verband houden met David Cusick uitgebreid analyseren, waarbij we de oorsprong, evolutie en gevolgen ervan onderzoeken. Bovendien zullen we de rol ervan in de huidige context gedetailleerd onderzoeken, evenals de mogelijke toekomstige projecties die zouden kunnen voortkomen uit zijn aanwezigheid op het wereldtoneel. Op dezelfde manier zullen we de verschillende perspectieven en meningen rond David Cusick bespreken, met als doel onze lezers een compleet en genuanceerd overzicht te geven van dit onderwerp dat vandaag de dag zo relevant is.

Stonish Giants (Otneyarheh, steenreuzen), gravure van David Cusick uit Sketches of the Ancient History of the Six Nations

David Cusick (ca. 1780-1840) was een Tuscarora artiest en de auteur van David Cusick's Sketches of Ancient History of the Six Nations (1827, David Cusicks schetsen van de oude geschiedenis van de zes naties). Dit is een vroeg verslag (als het niet het eerste is) van indiaanse geschiedenis en mythe, geschreven en uitgegeven in het Engels door een indiaan.

Samen met zijn jongere broer, Dennis Cusick, een aquarelschilder, hielp hij bij de vestiging van de 'Iroquois realistic school'.

Cusick was een dokter, schilder en student van de mondelinge traditie van de Haudenosaunee (Iroquois).

Boek

Sketches beschrijft 2800 jaar geschiedenis en is in drieën verdeeld:

  • Deel een beschrijft Good Mind (de goede geest), die de Eagwehoewe mensen schiep.
  • Deel twee beschrijft de ervaringen van de Eagwehoewe met slechte wezens, als de Stonish Giants (Otneyarheh, steenreuzen) en Flying Heads (vliegende hoofden).
  • Deel drie gaat over de chain of alliance (keten van verbondenheid) van de Eagwehoewe onderling.

De vertelling begint met twee werelden, een donkere 'onderwereld' en een 'bovenwereld', bewoond door mensen. De tweelingbroers Enigorio en Enigonhahetgea (de goede en kwade geest) worden beschreven en hun schepsels, de Eagwehoewe (de mensen) en hun vijanden, de Ronnongwetowanca (reuzen).

Henry Schoolcraft

Amerikaans onderzoeker en etnoloog Henry Schoolcraft bevestigt in Notes on the Iroquois (1846) de verhalen over Stonish Giants (OR-NE-YAR-HEG), een machtig volk uit de wildernis, lang, woest en vijandig en kannibalistisch. Volgens de Shawnee kwamen de reuzen oorspronkelijk van de oostzijde van de Mississippi en trokken ze vandaar naar het noordwesten. 'Ze rolden zich door het zand en hierdoor raakten hun lichamen bedekt met een harde huid, zodat de pijlen van de Iroquois slechts afketsten tegen hun grove lichamen en aan hun voeten vielen.'[1] Ze werden ten slotte vernietigd door de Holder of the Heavens (hemeldrager).

Zie ook