In de wereld van vandaag is Aneurysma een onderwerp dat op verschillende gebieden grote belangstelling en discussie genereert. Met de vooruitgang van de technologie en de mondialisering is Aneurysma een fundamenteel aspect geworden dat invloed heeft op het dagelijks leven van mensen, zowel persoonlijk als professioneel. Vanaf het begin tot aan de relevantie ervan vandaag de dag is Aneurysma het onderwerp geweest van studie en analyse door experts op verschillende gebieden, wat een breed scala aan meningen en perspectieven heeft opgeleverd. In dit artikel zullen we verschillende aspecten onderzoeken die verband houden met Aneurysma, van de sociale implicaties ervan tot de invloed ervan op de wereldeconomie, met als doel een alomvattende en verrijkende visie te bieden op dit onderwerp dat vandaag de dag zo relevant is.
Aneurysma | ||||
---|---|---|---|---|
Coderingen | ||||
ICD-10 | I72 | |||
ICD-9 | 442 | |||
DiseasesDB | 15088 | |||
MedlinePlus | 001122 | |||
|
Een aneurysma (Grieks ἀνεύρυσμα, meervoud aneurysmata) is een plaatselijke verwijding van een (meestal slagaderlijk) bloedvat, als gevolg van een (ter plaatse) zwakke vaatwand. Het meest voorkomend is een aneurysma van de slagader in het abdomen (de aorta), een abdominaal aorta-aneurysma (AAA). Een aneurysma van de aorta ter hoogte van de borstkas is een thoracaal aorta-aneurysma (TAA). Een aneurysma gaat meestal niet gepaard met klachten (symptomen).
Vroeger dacht men aan slagaderverkalking (atherosclerose) als oorzaak van een aneurysma. Dit is echter niet de enige oorzaak, er zijn waarschijnlijk ook andere factoren van belang voor het ontstaan van een aneurysma. Tegenwoordig wordt een degeneratief proces in de wand van de aorta als oorzaak gezien. Hierbij is het evenwicht verstoord tussen eiwitten die de aortawand opbouwen en andere die hem afbreken. Tevens kunnen erfelijk bepaalde stoornissen in de opbouw en stevigheid van de vaatwand leiden tot het ontstaan van aneurysmata op jeugdige leeftijd. Naast afwijkingen in opbouw en stevigheid van de vaatwand spelen mogelijk ook bepaalde ontstekingsreacties een rol. Verder zorgt roken voor slijtage van de aderen. Rokers lopen een aanzienlijk groter risico een aneurysma te krijgen dan niet-rokers en als het aneurysma er is, groeit het sneller bij rokers en ex-rokers dan bij niet-rokers.
Een aneurysma van de lichaamsslagader in de buik ofwel het aneurysma aortae abdominalis heeft men vaak zonder symptomen. Mensen met een AAA weten dan ook vaak niet dat zij een aneurysma hebben. Soms worden klachten als een kloppend gevoel in de (boven)buik of pijn in de rug, door drukken van het aneurysma op de wervelkolom, beschreven. In de meerderheid van de gevallen is een gevonden AAA een toevalsbevinding bij radiologisch onderzoek voor een andere indicatie (zoals een echo van het hart of CT-scan van de nieren). Als de grootte van het aneurysma toeneemt, neemt hierbij ook het risico op scheuren toe. De vaatwand wordt zwakker en er kan zich een scheur vormen. Dit is een levensbedreigende situatie, waarbij er door bloeding een tekort aan circulerend bloed kan ontstaan, met weefsel-/orgaan-schade en zelfs de dood tot gevolg. Een scheuring van het aneurysma is lastig te herkennen, maar alarmsignalen zijn flauwvallen/bleekheid en acute pijn in de buik of in de onderrug. Bij een aneurysmaruptuur van de aorta in de buik is deze bloeding in 75% van de gevallen dodelijk. Meer dan 50% van de patiënten overlijdt voor aankomst in het ziekenhuis, waarna nog eens meer dan 50% van de geopereerden overlijdt tijdens de operatie. Een aneurysmaruptuur in de thorax (borstholte) is vrijwel altijd dodelijk.
Er is waarschijnlijk enige vorm van erfelijkheid, aangezien het vaker voorkomt binnen sommige families. Literatuur wijst uit dat ongeveer 25% van de mensen met een AAA ook één of meerdere aangedane eerstegraads familieleden heeft. Broers en zussen van aneurysmapatiënten laten zich dikwijls preventief onderzoeken op symptomen van een aneurysma.
Vanwege de gevaren is het aan te raden een verdenking op een aneurysma goed te laten onderzoeken. Lichamelijk onderzoek alleen sluit een aneurysma nooit uit. Als gouden standaard voor het aantonen van een aneurysma wordt echografie van de buik gebruikt. Hierbij kan men nauwkeurig de juiste diameter van het verwijde bloedvat bepalen. Hierbij houdt men de grootst te meten voor-achterwaartse diameter (Anterior-Posterior- of AP-diameter) aan. Als arbitraire grens wordt een diameter van 55 mm gebruikt bij mannen en 50 mm bij vrouwen. Uit onderzoek is gebleken dat vanaf deze diameter het risico op ruptuur (een vaatbreuk) reëel is, en de risico's van een operatie niet meer opwegen tegen het risico op scheuren.
Een CT-scan met contrastvloeistof laat precies zien hoe de vaatboom rond de aorta eruitziet. Dit bepaalt ook of men laparo-tomisch (open maken van de buikholte) of endovasculair (vanuit de vaten na benadering in de liesslagader(s)) opereert. Men kiest respectievelijk voor het inhechten van een aortabifurcatieprothese, ook wel broekprothese genoemd, of een endovasculaire stent op maat. Laatstgenoemde procedure noemt men ook wel EVAR; Endovascular Aneurysm Repair.
Een belangrijke complicatie van een EVAR operatie zijn endoleaks, waarbij bloed langs de stent lekt. Er worden vijf typen endoleaks onderscheiden:
Op het moment dat een aneurysma scheurt, telt iedere minuut. Na het maken van een CT-scan kiest men meestal voor de laparotomische procedure voor het inhechten van een broekprothese. Een duidelijk protocol en een goede samenwerking van de spoedeisende hulp, de afdeling radiologie, de anesthesist, de vaatchirurg en het OK-personeel zijn essentieel voor het overleven van de patiënt. De peri-operatieve mortaliteit van een geruptureerd AAA is zeer hoog, ongeveer 20% bij de EVAR-methode en ongeveer 50% bij de conventionele open methode.