In dit artikel gaan we het hebben over Alfred Jarry, een onderwerp dat velen ongetwijfeld bekend in de oren klinkt. In de loop van de tijd heeft Alfred Jarry een aanzienlijke relevantie verworven op verschillende gebieden, van politiek tot populaire cultuur. Het is een onderwerp dat aanleiding heeft gegeven tot debat en controverse, en dat een onuitwisbare stempel op de geschiedenis heeft gedrukt. In dit artikel zullen we de verschillende facetten van Alfred Jarry onderzoeken, van de oorsprong tot de impact ervan op de wereld van vandaag. Of u nu bekend bent met Alfred Jarry of dit onderwerp voor de eerste keer onderzoekt, dit artikel geeft u een breed en gedetailleerd overzicht om het belang en de relevantie ervan vandaag de dag te begrijpen.
Alfred Henri Jarry (Laval, 8 september 1873 - Parijs, 1 november 1907) was een Franse poète maudit en toneelschrijver die leefde in het fin de siècle. Zijn werk is van grote invloed op het latere dadaïsme en surrealisme, maar ook op tijdgenoten zoals Guillaume Apollinaire. Zijn bekendste werken zijn het toneelstuk Ubu roi en de roman Gestes et opinions du docteur Faustroll, pataphysicien.
Jarry was het tweede en laatste kind van Anselme Jarry en Caroline Jarry (geb. Quernest). Zijn vader was textielfabrikant en de familie bezat verschillende panden in Laval. Na faillissement van zijn onderneming in 1879 werd Anselme vertegenwoordiger van andere textielfabrikanten. Het huwelijk klapte en Caroline nam Alfred en zijn zus Charlotte mee naar het Bretonse Saint-Brieuc. In 1888 volgde de verhuizing naar haar geboorteplaats Rennes. Op de middelbare school in deze stad ontmoette Jarry zijn medeleerlingen Charles en Henri Morin. Met hen werkte hij aan toneelstukken over hun leraar natuurkunde Félix-Frédéric Hébért ('Hébé'), de figuur die later uit zou groeien tot Ubu, en waaraan Jarry zijn grootste bekendheid dankt.
Jarry is de bedenker van de 'patafysica ('gespeld met een apostrof aan het begin om voor de hand liggende woordspelingen te voorkomen'). Hij leende van Ubu Roi zijn ‘wetenschap van de ’Patafysiek’ om deze hierop aan het romanpersonage Dr. Faustroll toe te bedelen in een postuum gepubliceerde roman. Jarry ontwikkelde zijn wetenschap der wetenschappen verder in novellen, gedichten en essays. Zowel Jarry als de ’patafysiek bleven controversiële onderwerpen in de Franse literatuur, van het symbolisme tot het existentialisme. Tegenstrijdige loftuitingen ontving hij van Apollinaire, Max Jacob, André Breton, André Gide, Antonin Artaud en Raymond Queneau.
Jarry was bevriend met de symbolisten, die ook zijn artikelen uitgaven. Zoals zij was hij op de hoogte van de relatie tussen de klank en de verborgen suggesties van de taal, die een relatie suggereren tussen alle bestaande zaken. Hij werd meegesleept in het occultisme, liep mee met de Rozenkruisers, de satanisten en verwierf esoterische kennis die populair was in deze periode. Zonder er zelf enige tegenstelling in te zien, was hij ook gefascineerd door de nieuwste wetenschap, niet het positivisme zoals dat in zijn eigen land populair was, maar de tot de verbeelding sprekende experimenten van de jongste generatie Engelse uitvinders als Kelvin (over de relativiteit en nieuwe meeteenheden) en Charles Vernon Boys (het boek 'Soapbubbels and the Forces Which Mould Them') en de schrijver H.G. Wells. Jarry was gefascineerd door de dynamiek van het anarchisme dat, evenals de handelingen van Ubu roi, als doel had de gevestigde maatschappelijke structuren omver te werpen en op de ruïnes een nieuwe structuur te stichten.
Jarry stond bekend om zijn weloverwogen excentriciteit en leefde in het middelpunt van de aandacht. Hij rekende zich tot de bohème van de kroegen van Montmartre en nam deel aan het nachtelijke leven van wijn en absint.
Jarry's leven in Parijs was in veel opzichten een voortzetting van zijn literaire werk. Hij nam het taalgebruik van zijn toneelpersonage koning Ubu over. Hij gebruikte doorlopend het pluralis majestatis en strooide met quasi-Homerische omschrijvingen van alledaagse begrippen: een fiets noemde hij bijvoorbeeld 'dat wat rolt' en de wind noemde hij 'dat wat waait'. Ook sprak hij, net als zijn toneel-alter-ego, elke lettergreep van elk woord met nadruk uit.[1] Jarry leefde ongezond en gebruikte vanaf de ochtend grote hoeveelheden wijn en absint. Er zijn veel anekdotes over zijn bewust onaangepaste gedrag overgeleverd. Beroemd is zijn actie om een aantal uit een privédierentuin ontsnapte panters terug in de kooi te krijgen door ze te dreigen met een wijnglas en daarin slaagde omdat, zoals hij zei, 'wilde dieren net als de meeste volwassenen doodsbang zijn voor lege glazen'.[2]
Jarry stierf op 1 november 1907 op vierendertigjarige leeftijd. Niet zijn alcoholgebruik, maar een onbehandelde tuberculose bleek de oorzaak. Op zijn begrafenis waren onder anderen Octave Mirbeau, Thadée Natanson, Guillaume Apollinaire en Paul Léautaud aanwezig.
Ubu Roi was bedoeld als shock-therapie voor het bourgeois-theater van zijn tijd. Jarry stelde verschillende radicale vernieuwingen voor. Sommigen hiervan zijn in Nederland pas in de jaren 1970 in zwang geraakt. Een aantal van zijn voorstellen waren:
Jarry publiceerde zijn ideeën in een aantal essays en bracht ze deels ten uitvoering met de productie van Ubu Roi.
Er is maar een klein deel van het werk van Jarry in het Nederlands vertaald. Jan Slauerhoff vertaalde zijn Chanson de décervelage als het Ontherseningslied. Ubu roi wordt met enige regelmaat gespeeld in een Nederlandse vertaling en Gerrit Komrij vertaalde Le Surmâle voor uitgeverij Meulenhoff. Van 'Faustroll' verschenen in 1994 merkwaardig genoeg twee vertalingen. In 2016 verscheen een nieuwe Nederlandse vertaling.
In navolging van het Franse Collège de 'Pataphysique, dat zijn inspiratiebron vindt in het werk van Jarry, bestaat er een Nederlandse 'academie voor 'patafysica'.
Externe links
Noten