Dit artikel gaat in op het onderwerp Albert Collins, dat op verschillende gebieden grote belangstelling heeft gewekt. Albert Collins heeft de aandacht getrokken van onderzoekers, academici, professionals en het grote publiek vanwege de relevantie ervan vandaag de dag. In dit artikel worden verschillende benaderingen, standpunten en aspecten met betrekking tot Albert Collins onderzocht, met als doel een brede en complete visie op dit onderwerp te geven. Vanaf de oorsprong ervan tot de implicaties ervan in de samenleving, zal wat var1 betekent en de impact ervan in verschillende contexten grondig worden onderzocht. Daarnaast zullen mogelijke toekomstperspectieven en trends met betrekking tot Albert Collins worden geanalyseerd, om de langetermijnprojectie ervan te begrijpen.
Albert Collins (Leona (Texas), 1 oktober 1932 – Las Vegas, 24 november 1993) was een Amerikaanse bluesgitarist en -zanger. Zijn zeer herkenbare gitaargeluid, de zogenaamde cool sound leverde hem niet minder dan drie bijnamen op: The Iceman, The Master of the Telecaster en The Texas Razor.
Albert Collins werd geboren in Leona, Texas als een ver familielid van Sam Lightnin' Hopkins. Op zevenjarige leeftijd verhuisde hij met zijn familie naar Houston, waar hij opgroeide in de Third Ward. Aanvankelijk ging zijn interesse uit naar het orgel, met Jimmy McGriff als zijn grote idool. Op achttienjarige leeftijd schakelde hij over op gitaar.
Collins vormde zijn eerste band in 1952 en was twee jaar later de hoofdspeler in verschillende bluesclubs in Houston. Op het einde van de jaren 50 koos hij als gitaar de Fender Telecaster en ontwikkelde een eigen geluid met onder andere zijn "attack"-vingerstijl. Albert begon op te nemen vanaf 1960 en bracht een hele reeks singles uit, waaronder heel wat instrumentals zoals Frosty. In de lente van 1965 verhuisde hij naar Kansas City.
Vele opnamestudio's in Kansas City waren echter gesloten in de helft van de jaren zestig. Om toch te kunnen opnemen, verhuisde hij dan maar naar Californië in 1967. Nadat hij een optreden had gegeven met Canned Heat introduceerden leden van deze band hem bij Liberty Records. Collins tekende, en gaf zijn eerste lp uit onder Imperial Records, een zusterlabel, in 1968.
Albert verbleef nog vijf jaar in California, waarna hij in 1973 naar Texas verhuisde en er een nieuwe band vormde. Hij tekende bij Alligator Records in 1978. Hij nam Ice Pickin' op en gaf het ook uit. Zeven albums volgden nog onder Alligator Records, voordat hij in 1990 bij Pointblank tekende.
In de jaren 80 en de vroege jaren 90 toerde Collins door de Verenigde Staten, Canada, Europa en Japan. Hij was een populaire bluesmuzikant geworden die een invloed uitoefende op Robert Cray, Debbie Davies, Stevie Ray Vaughan, Jonny Lang, Susan Tedeschi, Kenny Wayne Shepherd en de Nederlandse bluesband Barrelhouse.
In 1993, op het hoogtepunt van zijn carrière, werd er leverkanker bij Albert Collins vastgesteld. Een half jaar later al werd deze ziekte hem op 61-jarige leeftijd fataal.