In dit artikel zullen we de fascinerende wereld van Adelheid van Leuven en de impact ervan op de moderne samenleving volledig onderzoeken. Vanaf de oorsprong tot de huidige evolutie zullen we analyseren hoe Adelheid van Leuven verschillende aspecten van ons dagelijks leven heeft beïnvloed en getransformeerd. Daarnaast zullen we de verschillende perspectieven en meningen onderzoeken die er rond Adelheid van Leuven bestaan, evenals de mogelijke implicaties ervan voor de toekomst. Gedurende dit schrijven zullen we beginnen aan een reis van ontdekking en reflectie over Adelheid van Leuven, met als doel de relevantie ervan in de wereld van vandaag beter te begrijpen.
Adelheid van Leuven | ||
---|---|---|
ca. 1105-1151 | ||
![]() | ||
Koningin van Engeland | ||
Periode | 1121-1135 | |
Voorganger | Mathilde van Schotland | |
Opvolger | Mathilde van Boulogne | |
Vader | Godfried I van Leuven | |
Moeder | Ida van Namen |
Adelheid van Leuven (Leuven, rond 1105 - Affligem, 23 april 1151[1][2]), ook wel Adeliza van Leuven genoemd, was een dochter van Godfried I van Leuven en Ida van Namen. Door haar huwelijken werd ze eerst koningin van Engeland en vervolgens gravin van Arundel.
Adelheid trouwde in 1121 met Hendrik I van Engeland, die weduwnaar was geworden en geen mannelijke opvolger had. Het huwelijk bleef echter kinderloos.[3]
Adelheid hield zich niet bezig met politiek en landsbestuur maar was wel een mecenas van de letterkunde in Engeland. Zij was onder andere de patrones van het bestiarium van Philippe de Thaon en enkele versies van de Anglo-Normandische De reis van Sint Brandaan zijn aan haar opgedragen. Ook zou zij de dichter David opdracht hebben gegeven om een biografie van Hendrik I in dichtvorm te maken; deze is echter verloren gegaan.
Na het overlijden van Hendrik I hertrouwde zij met Willem II d'Aubigny, die zich graaf van Arundel ging noemen. Uit dit huwelijk kwamen zes kinderen voort en Adelheid is daarmee stammoeder van de graven van Arundel. Tijdens haar tweede huwelijk werd zij een belangrijke weldoenster van kerken en abdijen, vooral ter nagedachtenis van haar overleden man. Adelheids' man ondersteunde koning Stefanus tijdens zijn strijd om de Engelse troon met Adelheids stiefdochter keizerin Mathilde, terwijl ze zelf een eerder dubbelzinnig rol speelde.
De laatste jaren van haar leven bracht zij door in de abdij van Affligem, alwaar ze ook stierf. Haar begrafenis zelf vond vermoedelijk plaats in de abdij van Reading, waar koning Hendrik I reeds begraven was.[4]